Rit zeventien in de Ronde van Italië is op naam gekomen van Diego Ulissi. Het was nochtans Giovanni Visconti die als eerste over de streep kwam van een omvangrijke vroege vlucht, maar de Italiaanse kampioen werd gedeclasseerd wegens onregelmatig sprinten.

Kampioen houdt handen niet thuis
Na vier ritten op rij voor de berggeiten gaf de Giro nog eens de kans aan een ander type renner. Niet dat er in deze zeventiende rit niet geklommen moest worden, integendeel. Het 230 kilometer lange parcours tussen Feltre en Tirano was er echter een op maat van vluchters.

En die waren talrijk vandaag. Zestien man rook zijn kans, waaronder enkele mooie namen: Italiaans kampioen Giovanni Visconti, Christophe Le Mével, Pablo Lastras en Kanstantsin Sivtsov. Die laatste was op zoek naar een toptienplaats in het klassement. Ook Jan Bakelants kon zich niet bedwingen en was opnieuw van de partij in de aanval.

Tijdens de laatste klim, die naar Aprica waarvan de top op achttien kilometer van de streep, werd duidelijk dat de twaalf overgebleven koplopers voor de dagzege mochten strijden. In de achtergrond hielden Alberto Contador en co het immers opvallend rustig.

Met nog drie kilometer te gaan slaagden Visconti, Lastras, Bakelants en Diego Ulissi erin zich te ontdoen van hun metgezellen. De vier mochten de zaak beslechten in een sprint, die werd ingezet door Ulissi. Die week echter enigszins van zijn lijn af, waarna Visconti zijn handen gebruikte en met een fikse duw zijn jonge landgenoot opzij zette.

Visconti kwam als eerste over de streep, maar werd door zijn manoeuvre begrijpelijk gedeclasseerd. De 21-jarige Ulissi mocht zijn tweede en profzege vieren, meteen een hele mooie. Lastras was de sterkste in koers, maar kon helaas niet winnen voor Xavier Tondo. Zijn onfortuinlijke ploegmaat liet eergisteren het leven na een bizar ongeval op trainingskamp.