De tweede rit in de Dauphiné kende een vreemde ontknoping. Een vebrokkeld peloton riep David Millar net voor de streep tot de orde, waarna Angelo Furlan mocht juichen.

Millar en valpartij blokken sprint af
De Dauphiné Libéré, een ideale voorbereidingswedstrijd op de Tour de France, was toe aan zijn tweede dag. Na de openingstijdrit en de winst van Cadel Evans moest vandaag meteen de langste etappe van de Franse rittenkoers verreden worden. Van Nancy ging het naar Dijon.

Er stond maar liefst 228 kilometer op de teller om de mosterstad te bereiken. Vijf renners maakten van het vlakke parcours gebruik om al snel een voorsprong uit te bouwen. Inaki Isasi (Euskaltel), Alexandre Pichot (Bouygues Telecom), Stéphane Augé (Cofidis), Paul Voss (Milram) en Héctor Gonzalez (Fuji-Servetto) diepten een maximale kloof uit van zes minuten.

Silence-Lotto nam zijn verantwoordelijkheid op voor leider Evans. De voorsprong van de vijf vooraan slinkte zo zienderogen. Even later kwam ook Quick Step hulp bieden in de achtervolging. Het peloton maakte de rekensom uitstekend en maakte de laatste stuiptrekkingen van de vluchters ongedaan op vijf kilometer van de finish.

Maar de samenvloeiing kwam er blijkbaar toch nog te vroeg. David Millar (Garmin) en een valpartij verstoorden de sprintvoorbereiding. De Brit hield stand tot op honderd meter maar werd geremonteerd door een plukje sprinters. Angelo Furlan kwam zonder juichen als eerste over de finishlijn. Voor de Italiaan van Lampre is het pas zijn eerste zege van het jaar. Tom Boonen kwam te vroeg op kop en was uiteindelijk derde.